slabý

Slowaaks

Uitspraak
  • IPA: /slabiː/
Woordafbreking
  • sla·bý
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Proto-Slavische *slabъ.

Bijvoeglijk naamwoord

slabý

  1. slap, zwak
Antoniemen

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /slabiː/
  • Geluid:  slabý    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • sla·bý
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Proto-Slavische *slabъ.

Bijvoeglijk naamwoord

slabý

  1. slap, zwak; weinig (fyzieke) kracht hebbend.
  2. zwak, klein, weinig; met betrekking tot hoeveelheid, grootte, aantal e.d.
  3. zwak, slap; onvoldoende intensief.¨
  4. (scheikunde) slap; weinig (gevraagde) stof bevattend.
  5. zwak, matig; in een bepaald opzicht ongeschikt, ontoereikend.
  6. zwak, matig; onvoldoende kwalitatief.
  7. slap, zwak; te veel toegevend, inschikkelijk.
  8. dun; een kleine dikte hebbend.
Verbuiging


Vervoeging
Synoniemen
  1. chabý, malátný, neduživý, nemohoucí, neodolný, vetchý
  2. chabý, mizerný, skoupý, skromný, skrovný
  3. mdlý, nevýrazný, nezřetelný, tichý, tlumený
  4. řídký
  5. chabý, chatrný
  6. chabý, nepřesvědčivý, podprůměrný, tuctový
  7. poddajný
  8. tenký
Antoniemen
  1. silný
  2. mohutný, velký
  3. intenzivní, silný, sonorní, zvučný
  4. hustý, intenzivní, silný
  5. dobrý, silný
  6. -
  7. autoritativní
  8. silný, tlustý
Afgeleide begrippen
  • oslabit
  • přeslabý
  • slabina v
  • slábnout
  • slaboch m
  • slabost v
  • slaboučký
Verwante begrippen
  • slaboduchý
  • slabomyslný
  • slaboproudý
  • slabozraký
  • slabota v
  • slabůstka v
Uitdrukkingen en gezegden
  • mít slabou chvíli
  • slabý duchem

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.