eeuw

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  eeuw    (hulp, bestand)
  • IPA: /eːu̯/
Woordafbreking
  • eeuw
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord eeuw eeuwen
verkleinwoord eeuwtje eeuwtjes

Zelfstandig naamwoord

deeeuwv/m [2]

  1. (tijdrekening), (eenheid) een periode van 100 jaar
    • Op 1 januari 2001 begon de 21e eeuw. 
     Ze zou net als haar voorgangers uit de 17de eeuw ook wel een frisse duik willen nemen, maar voorlopig volstaan gulzige slokken uit haar bidon.[3]
     In de vorige eeuw waren er twee wereldoorlogen. Een oorlog heet een wereldoorlog als er heel veel landen aan meedoen. Aan de Eerste Wereldoorlog deed Nederland niet mee. Maar aan de Tweede Wereldoorlog wel.[4]
  2. iets wat zeer lang duurt
    • Het duurde eeuwen voordat de vrouwen eindelijk klaar waren met het telefoongesprek. 
Synoniemen
Meroniemen
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord eeuw staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.