raadsheer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  raadsheer    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈratsher/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • raads·heer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord raadsheer raadsheren
verkleinwoord raadsheertje raadsheertjes

Zelfstandig naamwoord

deraadsheerm

  1. (beroep) iemand die advies geeft
  2. (regering) een adviseur of lid van een adviescollege van een vorst
  3. (juridisch) in Nederland: een rechter van het gerechtshof of de Hoge Raad; in België een rechter van het Hof van beroep of het Hof van Verbreking (cassatie)
  4. (schaak) een schaakstuk dat alleen in diagonalen wordt verzet
    • Na de witte raadsheer is nu ook de zwarte geslagen. 
  5. (dierkunde) een duivenras
Synoniemen
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen
  • raadsheerschap
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord raadsheer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

  • Zie de doorverwijspagina op Wikipedia voor meer informatie.

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.