zestig
Nederlands
| 0 | 0 | 6 | 0 |
zestig,
op een abacus
op een abacus
Uitspraak
- Geluid: zestig (hulp, bestand)
- IPA: / ˈsɛstəx / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- zes·tig
Woordherkomst en -opbouw
- erfwoord via Middelnederlands sestich van Oudnederlands sestig, als telwoord voor het eerst aangetroffen in het jaar 1100; afgeleid van zes ht met het achtervoegsel -tig [1][2][3]
Hoofdtelwoord
zestig
- "60", het getal tussen negenenvijftig en eenenzestig, zes maal tien
- om een hoeveelheid aan te geven
- De totale kosten bedragen zestig euro en zevenendertig cent.
- Ik ben vandaag zestig jaar oud geworden.
- om een leeftijd aan te geven
- ▸ Jack was een kale man van in de zestig die 35 jaar geleden zelf de PCT had gelopen.[4]
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- Het juiste antwoord op opgave zestig is "42".
- om een hoeveelheid aan te geven
Schrijfwijzen
Afgeleide begrippen
- zestigen (oude verbogen vorm na sommige voorzetsels)
- gezestigen
werkwoord afgeleid van "zestig" ht
- zestigen
zelfstandig naamwoord samengesteld met "zestig" ht
- zestiger
- zestiger jaren
- zestigjarige
- zestigpluskaart
- zestigplusser
- zestigponder
- zestigtal
- zestigvoeter
- zestigvoud
bijvoeglijk naamwoord samengesteld met "zestig" ht
- zestigjarig
- zestigtallig
- zestigvoudig
bijwoord
- zestigmaal
- zestigwerf
rangtelwoord
- zestigste, zestigsten
hooftelwoorden samengesteld met "zestig" ht als linkerdeel
- zestig en een half
- zestigduizend
- zestigenhalf
- zestighonderd
hooftelwoorden samengesteld met "zestig" ht als rechterdeel
- achtduizend zestig
- achtenzestig
- achtendertighonderdzestig
- achtennegentighonderdzestig
- achtentachtighonderdzestig
- achtentwintighonderdzestig
- achtenveertighonderdzestig
- achtenvijftighonderdzestig
- achtenzestighonderdzestig
- achtenzeventighonderdzestig
- achthonderdzestig
- achttienhonderdzestig
- dertienhonderdzestig
- drieduizend zestig
- drieënzestig
- drieëndertighonderdzestig
- drieënnegentighonderdzestig
- drieëntachtighonderdzestig
- drieëntwintighonderdzestig
- drieënveertighonderdzestig
- drieënvijftighonderdzestig
- drieënzestighonderdzestig
- drieënzeventighonderdzestig
- driehonderdzestig
- duizend zestig
- eenenzestig
- eenendertighonderdzestig
- eenennegentighonderdzestig
- eenentachtighonderdzestig
- eenentwintighonderdzestig
- eenenveertighonderdzestig
- eenenvijftighonderdzestig
- eenenzestighonderdzestig
- eenenzeventighonderdzestig
- elfhonderdzestig
- honderdzestig
- negenduizend zestig
- negenenzestig
- negenendertighonderdzestig
- negenennegentighonderdzestig
- negenentachtighonderdzestig
- negenentwintighonderdzestig
- negenenveertighonderdzestig
- negenenvijftighonderdzestig
- negenenzestighonderdzestig
- negenenzeventighonderdzestig
- negenhonderdzestig
- negentienhonderdzestig
- twaalfhonderdzestig
- tweeduizend zestig
- tweeënzestig
- tweeëndertighonderdzestig
- tweeënnegentighonderdzestig
- tweeëntachtighonderdzestig
- tweeëntwintighonderdzestig
- tweeënveertighonderdzestig
- tweeënvijftighonderdzestig
- tweeënzestighonderdzestig
- tweeënzeventighonderdzestig
- tweehonderdzestig
- veertienhonderdzestig
- vierduizend zestig
- vierenzestig
- vierendertighonderdzestig
- vierennegentighonderdzestig
- vierentachtighonderdzestig
- vierentwintighonderdzestig
- vierenveertighonderdzestig
- vierenvijftighonderdzestig
- vierenzestighonderdzestig
- vierenzeventighonderdzestig
- vierhonderdzestig
- vijfduizend zestig
- vijfenzestig
- vijfendertighonderdzestig
- vijfennegentighonderdzestig
- vijfentachtighonderdzestig
- vijfentwintighonderdzestig
- vijfenveertighonderdzestig
- vijfenvijftighonderdzestig
- vijfenzestighonderdzestig
- vijfenzeventighonderdzestig
- vijfhonderdzestig
- vijftienhonderdzestig
- zesduizend zestig
- zesenzestig
- zesendertighonderdzestig
- zesennegentighonderdzestig
- zesentachtighonderdzestig
- zesentwintighonderdzestig
- zesenveertighonderdzestig
- zesenvijftighonderdzestig
- zesenzestighonderdzestig
- zesenzeventighonderdzestig
- zeshonderdzestig
- zestienhonderdzestig
- zevenduizend zestig
- zevenenzestig
- zevenendertighonderdzestig
- zevenennegentighonderdzestig
- zevenentachtighonderdzestig
- zevenentwintighonderdzestig
- zevenenveertighonderdzestig
- zevenenvijftighonderdzestig
- zevenenzestighonderdzestig
- zevenenzeventighonderdzestig
- zevenhonderdzestig
- zeventienhonderdzestig
Vertalingen
1. het getal 60
|
|
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | zestig | zestigs |
| verkleinwoord | zestigje | zestigjes |
Zelfstandig naamwoord
de zestig v / m
- dat wat in een (rang)ordening met 60 is aangeduid
- Het is weer de zestig die het niet doet, kunnen we die niet simpel vervangen?
- Haar eenenzestigste verjaardag was een belangrijk moment, want haar leven werd heel anders toen ze de zestig eenmaal voorbij was.
de zestig mv
- groep van 60 eenheden
- De zestig zijn natuurlijk blij, maar laten we ook denken aan het verdriet van de vier die zijn afgewezen.
Gangbaarheid
- Het woord zestig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zestig" herkend door:
| 99 % | van de Nederlanders; |
| 100 % | van de Vlamingen.[5] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ zestig op website: Etymologiebank.nl
- ↑ "zestig" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.