voegwoord

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  voegwoord    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈvuxʋoːrt/
Woordafbreking
  • voeg·woord
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord voegwoord voegwoorden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetvoegwoordo

  1. (grammatica) een woord dat twee zinsdelen met elkaar verbindt (woordsoort)
Synoniemen
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
  • voegwoordelijk, voegwoordgroep, voegwoordprobleem
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord voegwoord staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Afrikaans

Uitspraak
  • IPA: /ˈfuxvuə̯rt/

Zelfstandig naamwoord

voegwoord

  1. voegwoord
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.