vrede

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vrede    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈvredə/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • vre·de
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘toestand van rust’ voor het eerst aangetroffen in 815 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord vrede vredes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

devredev/m

  1. (politiek) ontbreken van oorlog
    • In grote delen van de wereld blijkt het keer op keer niet mogelijk de vrede te bewaren. 
  2. toestand van rust
     In de natuur vind ik rust en vrede om na te denken en te bidden.[3]
Synoniemen
Antoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • De vrede bewaren.
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord vrede staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Afrikaans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

Zelfstandig naamwoord

vrede

  1. vrede

Meer informatie

Zweeds

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

Zelfstandig naamwoord

vrede g

  1. (psychologie) woede, kwaadheid, drift
Verbuiging
vredes enkelvoud meervoud
  onbepaald bepaald onbepaald bepaald
  nominatief     vrede     vreden        
  genitief     vredes     vredens        
Synoniemen
  • ilska
Hyperoniemen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.