tarwe

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  tarwe    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈtɑrʋə/
Woordafbreking
  • tar·we
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘graangewas’ voor het eerst aangetroffen in 1189 [1]
    • erfwoord afkomstig van:
    Middelnederlands: tarwe, tarve, teerv
    Oudnederlands: tarwa (in Tarwedic)
    Germaans: *tarwō
    Indo-Europees: *dr̥Hu̯eh₂
    • Verwant in Germaans:
    West: Middelnederduits: tarwe, terwe, Engels: tare ‘voederwikke; onkruid’
    • Verwant in Indo-Europees:
    Wels: drewg ‘dolik, raaigras’, Litouws: dirvà ‘zaadveld’, Oudgrieks: dáratos (δάρατος) ‘brood’, Sanskrit: dū́rvā (दूर्वा) ‘handjesgras’
enkelvoud meervoud
naamwoord tarwe tarwes
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

detarwev/m (ontelbaar) [2]

  1. (plantkunde) graan van het geslacht Triticum  - een van de belangrijkste graansoorten waarmee de mensheid zich voedt
    (wikidata: tarwe )
  2. (plantkunde) meest verbouwde tarwesoort (gewone tarwe of Triticum aestivum )
    (wikidata: tarwe )
  3. (graan) (voeding) zaad van tarwe, onder andere gebruikt voor het maken van brood en pasta
    (wikidata: tarwe )
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord tarwe staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.