Sefanja

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  Sefanja    (hulp, bestand)
  • IPA: /səˈfɑɲa/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • Se·fan·ja
Woordherkomst en -opbouw
  • van Hebreeuws  צְפַנְיָה‎ en  (Tsefanja) "de Heer heeft geborgen", naam van personen in de Bijbel [1] [2]
  enkelvoud
nominatief   Sefanja  
genitief   Sefanja's  

Eigennaam

Sefanja m

  1. (religie) naam van meerdere personen uit de Bijbel
    1. zoon van Kusi, profeet in de tijd van koning Josia van Juda; zijn woorden staan in een naar hem genoemd Bijbelboek (Sef. 1:1)
    2. vader van Josia (Zach. 6:10, 6:14)
    3. afstammeling van Levi, zoon van Tachat, vader van Azarja, voorvader van Heman(2), die zanger is in de tempel (1 Kron. 6:21)
  2. (religie) boek in de Bijbel waarin de profeet Sefanja, zoon van Kusi, een hoofdrol speelt
  3. (religie) ook gebruikt als vertaling van de Bijbelse naam Sefanjahu, zoon van Maäseja, priester in de tijd van de profeet Jeremia (4x: Jer. 21:1 +)
  4. (mannelijke naam) jongensnaam
Synoniemen
Verwante begrippen
[2] boeken in de christelijke Bijbel
 Oude Testament  


 Apocriefen  
aanvullingen op boeken
hiervoor gemarkeerd met
*
 Nieuwe Testament  

Eigennaam

Sefanja v

  1. (vrouwelijke naam) meisjesnaam
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord 'Sefanja' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands
  2. verklaring: Sefanja in de Nederlandse Voornamenbank van het Meertens Instituut op de website van de KNAW
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.