Jona

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  Jona    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈjona/ (2 lettergrepen)
    • Hebreeuws: /joˈna/
Woordafbreking
  • Jo·na
Woordherkomst en -opbouw
  enkelvoud
nominatief   Jona  
genitief   Jona's  

Eigennaam

Jona m

  1. (religie) zoon van Amittai, uit Gat-Hachefer, profeet die vlucht voor een opdracht in Nineve en daarbij wordt ingeslikt door een grote vis (19x: 2 Kon. 14:25, Jona 1:1 +; Griekse vorm 9x in NT)
  2. (religie) boek in de Bijbel en de Tenach, waarin de profeet Jona een hoofdrol speelt
  3. (mannelijke naam) jongensnaam
Synoniemen
Verwante begrippen
[2] boeken in de christelijke Bijbel
 Oude Testament  


 Apocriefen  
aanvullingen op boeken
hiervoor gemarkeerd met
*
 Nieuwe Testament  
[2] boeken van de Tenach
 Tora   (Wet)
 Neviiem   (profeten)
 Neviiem Risjoniem  
 Neviiem Acharoniem  
 Ketoeviem   (geschriften)
 sifree emet  
 chameesj megilot   (vijf rollen)
(overige boeken)

Jona v

  1. (vrouwelijke naam) meisjesnaam
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord 'Jona' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Jona op website: Etymologiebank.nl
  3. Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands
  4. verklaring: Jona in de Nederlandse Voornamenbank van het Meertens Instituut op de website van de KNAW
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.