kat

Universeel taalgebruik

Woordherkomst en -opbouw

Symbool

kat

  1. (natuurkunde), (eenheid) het symbool voor katal, een eenheid voor katalytische activiteit
Verwante begrippen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kat    (hulp, bestand)
  • IPA: /kɑt/ (1 lettergreep)
Gelijkklinkende woorden
Woordafbreking
  • kat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kat katten
verkleinwoord katje katjes

Zelfstandig naamwoord

dekatv/m

  1. (roofdieren) bepaald soort zoogdier, Felis sylvestris catus , tot de katachtigen behorende soort die tam is geworden
  2. (roofdieren) zoogdier dat behoort tot een geslacht van vleesetende dieren, zoals de tijgers en leeuwen
  3. (informeel) grote pluizige windprotectiehoes voor microfoons
  4. (figuurlijk) meisje dat zich vals gedraagt
  5. bitse terechtwijzing
  6. (scheepvaart) (verkorting) kleiner anker dat tot versterking van een groter anker uitgeworpen wordt
Synoniemen
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Hyponiemen
  • angorakat, asherakat, asielkat, babykat, binnenkat, bonsaikat, boomkat, boskat, buitenkat, buurkat, buurtkat, coronakat, doorsneekat, dorpskat, dwergkat, er is geen kat, erekat, fabriekskat, geselkat, goudkat, herfstkat, huiskat, ibbelkat, kamerkat, karakterkat, kitkat, kladderkat, knijpkat, kortstaartkat, krabbekat, kribbekat, laboratoriumkat, langstaartkat, lapjeskat, lievelingskat, loopgraafkat, loopkat, mangrovekat, mannetjeskat, manxkat, marterkat, moederkat, muiskat, muizenkat, muskuskat, naaktkat, najaarskat, panterkat, proefkat, raskat, robotkat, roofkat, rotkat, schietkat, schildpadkat, schootkat, servalkat, showkat, slenterkat, sluipkat, sneeuwkat, spiegelkat, spikkelkat, steppekat, straatkat, studentenkat, tempelkat, tuinkat, verwilderde kat, vliegende kat, vrouwtjeskat, werkkat, zwerfkat
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
 De man keek me aan; zijn lichte ogen verdwenen bijna tussen zijn rimpels toen hij lachte. 'Ho, juffertje' Hij tikte tegen zijn pet. 'Je lijkt wel een verzopen katje. Waar kom jij ineens vandaan?'[5]
Spreekwoorden
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
katten

kat

  1. enkelvoud tegenwoordige tijd van katten
  2. gebiedende wijs van katten
Anagrammen
  • kta, tak, TAK, t.k.a.

Gangbaarheid

  • Het woord kat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[6]

Meer informatie

Verwijzingen

Achterhoeks

enkelvoud meervoud
naamwoord kat katten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

Kat

  1. (roofdieren) kat
Schrijfwijzen
Synoniemen

Meer informatie

Afrikaans

Uitspraak
  • IPA: /kɐt/
  • geluid 
Woordafbreking
  • kat
Woordherkomst en -opbouw
  • Uit het Nederlands
enkelvoud meervoud
naamwoord kat katte

Zelfstandig naamwoord

kat

  1. (roofdieren) kat; tot de katachtigen behorende soort die tam is geworden
  2. (roofdieren) kat; gebruikt als naam voor een geslacht van vleesetende dieren, zoals de tijgers en leeuwen
Synoniemen
Anagrammen
Spreekwoorden
  • As die kat weg is, is die muis baas.
  • Die kat uit die boom kyk.

Meer informatie

Deens

Zelfstandig naamwoord

kat g

  1. (roofdieren) kat
    «Min kat er bange for mus.»
    Mijn kat is bang voor muizen.
Verbuiging
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   kat     katten     katte     kattene  
genitief   kats     kattens     kattes     kattenes  
Synoniemen

Verwijzingen

    Drents

    Zelfstandig naamwoord

    kat

    1. (roofdieren) kat
    Schrijfwijzen

    Engels

    enkelvoud meervoud
    kat -

    Zelfstandig naamwoord

    kat

    1. qat (plant)
    Schrijfwijzen

    Fries

    Zelfstandig naamwoord

    kat g

    1. (roofdieren) kat
    Synoniemen

    Meer informatie

    Koerdisch

    Zelfstandig naamwoord

    kat

    1. scheut, spruit

    Limburgs

    Uitspraak
    • IPA: /kɑt/ (Etsbergs)

    Zelfstandig naamwoord

    kat v

    1. (roofdieren) kat
    2. (slang) een aantrekkelijke vrouw
    Verbuiging
    Synoniemen

    Meer informatie

    Nedersaksisch

    enkelvoud meervoud
    naamwoord kat katten
    verkleinwoord

    Zelfstandig naamwoord

    kat

    1. (roofdieren) kat
    Schrijfwijzen
    Synoniemen
    • (schertsend) dakhaeze
    • (schertsend) dakhaos
    • (schertsend) dakhaoze

    Meer informatie

    Meer informatie

    Nedersorbisch

    Zelfstandig naamwoord

    kat

    1. (beroep) beul, scherprechter; de uitvoerder van executies
    Synoniemen
    • wobjesaŕ
    • wobjesowaŕ
    Verwante begrippen
    • katowaś

    Oppersorbisch

    Zelfstandig naamwoord

    kat

    1. (beroep) beul, scherprechter; de uitvoerder van executies
    Verwante begrippen
    • katować

    Pools

    Uitspraak
    • IPA: /kat/
    • Geluid:  kat    (hulp, bestand)
    Woordherkomst en -opbouw
    • Afgeleid van het Proto-Slavische *katъ

    Zelfstandig naamwoord

    kat m

    1. (beroep) beul, scherprechter; de uitvoerder van executies
    Synoniemen
    • oprawca
    Anagrammen

    Meer informatie

    Stellingwerfs

    Zelfstandig naamwoord

    kat

    1. (roofdieren) kat
    Schrijfwijzen
    Synoniemen
    • (schertsend) dakhaeze

    Slowaaks

    Uitspraak
    • IPA: /kat/
    Woordherkomst en -opbouw
    • Afgeleid van het Proto-Slavische *katъ

    Zelfstandig naamwoord

    kat m

    1. (beroep) beul, scherprechter; de uitvoerder van executies
    Afgeleide begrippen
    • katovský
    Verwante begrippen
    • katovsky (bw.)
    • katovstvo o
    Anagrammen

    Meer informatie

    Tsjechisch

    Uitspraak
    • IPA: /kat/
    Woordafbreking
    • kat
    Woordherkomst en -opbouw
    • Afgeleid van het Proto-Slavische *katъ

    Zelfstandig naamwoord

    kat mbezield

    1. (beroep) beul, scherprechter; de uitvoerder van executies
    Verbuiging



    Synoniemen
    1. popravčí mbezield
    Afgeleide begrippen
    • katovna v
    • katovský
    • katův
    Paroniemen
    • kát
    Verwante begrippen
    • katan mbezield
    • katyně v
    • rozkatit se
    Anagrammen
    Uitdrukkingen en gezegden
    • pracovat jako kat

    Verwijzingen

      Meer informatie

      Zelfstandig naamwoord

      kat

      1. genitief meervoud van kata

      Twents

      Zelfstandig naamwoord

      kat

      1. (roofdieren) kat
      Schrijfwijzen

      Veluws

      Zelfstandig naamwoord

      kat

      1. (roofdieren) kat
      Schrijfwijzen
      Synoniemen
      • (schertsend) dakhaos
      • (schertsend) dakhaoze
      • poes
      • puus

      West-Dani

      persoon enkelvoud meervoud
      eerste annit
      tweede katkit
      derde atit

      Persoonlijk voornaamwoord

      kat

      1. jij
      Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.